Advocaten zouden nooit aan een oudere dame vragen moeten stellen als ze niet voorbereid zijn op haar antwoord.
Tijdens een proces in Amerika riep de aanklager zijn eerste getuige naar voren, een dame op leeftijd. Hij ging naar haar toe en vroeg*:
"Mevrouw, kent u mij?"*
Zij antwoordde direct: *"Welja ik ken u, mijnheer. Ik ken u al van toen u nog een knaap was en eerlijk gezegd ben ik in u erg teleurgesteld.
U liegt, u bedriegt uw vrouw, u manipuleert de mensen en spreekt kwaad achter hun rug. U denkt dat u een hele meneer bent terwijl u geen verstand genoeg hebt om te beseffen dat u het nooit ver zult brengen.
Jawel, ik ken u."*
De aanklager stond perplex. Niet wetend wat anders te doen wees hij door de zaal naar de verdediger en vroeg: *"Mevrouw, kent u de advocaat van de verdediging?"* Zij antwoordde weer direct: *"Welja, ik ken hem ook al van toen hij klein was. Hij is lui, onverdraagzaam, en hij heeft een drankprobleem.
Hij kan met niemand een normale relatie opbouwen en zijn praktijk is de slechtste van het land. Bovendien heeft hij zijn vrouw bedrogen met drie verschillende minnaressen, waaronder uw vrouw. Jawel, ik ken
hem."*
De verdediger zakte bijna ineen van schaamte. Toen riep de rechter de twee advocaten bij zich en zei heel stilletjes: *"Als een van jullie beiden het waagt aan die dame te vragen of ze mij kent, dan stuur ik jullie allebei naar de elektrische stoel!"
Tijdens een proces in Amerika riep de aanklager zijn eerste getuige naar voren, een dame op leeftijd. Hij ging naar haar toe en vroeg*:
"Mevrouw, kent u mij?"*
Zij antwoordde direct: *"Welja ik ken u, mijnheer. Ik ken u al van toen u nog een knaap was en eerlijk gezegd ben ik in u erg teleurgesteld.
U liegt, u bedriegt uw vrouw, u manipuleert de mensen en spreekt kwaad achter hun rug. U denkt dat u een hele meneer bent terwijl u geen verstand genoeg hebt om te beseffen dat u het nooit ver zult brengen.
Jawel, ik ken u."*
De aanklager stond perplex. Niet wetend wat anders te doen wees hij door de zaal naar de verdediger en vroeg: *"Mevrouw, kent u de advocaat van de verdediging?"* Zij antwoordde weer direct: *"Welja, ik ken hem ook al van toen hij klein was. Hij is lui, onverdraagzaam, en hij heeft een drankprobleem.
Hij kan met niemand een normale relatie opbouwen en zijn praktijk is de slechtste van het land. Bovendien heeft hij zijn vrouw bedrogen met drie verschillende minnaressen, waaronder uw vrouw. Jawel, ik ken
hem."*
De verdediger zakte bijna ineen van schaamte. Toen riep de rechter de twee advocaten bij zich en zei heel stilletjes: *"Als een van jullie beiden het waagt aan die dame te vragen of ze mij kent, dan stuur ik jullie allebei naar de elektrische stoel!"